Taken en rollen verschuiven
“Van oudsher zijn ziekenhuizen nogal monodisciplinair ingericht”, legt Alexandra Fahrenkrog uit. “De patiënt gaat van het ene specialisme naar het andere. Maar zorgketens gaan daar dwars doorheen.” Fahrenkrog, programmamanager waardegedreven zorg in het Rijnstate Ziekenhuis, zit in de werkgroep veranderkunde van het Linnean netwerk. Onlangs heeft deze werkgroep een nieuwe schets opgesteld van het gedrags- en functieprofiel van de ‘verpleegkundig leider’.
Eerder publiceerden de werkgroep, schets voor de ‘medisch leider’. Want de transitie naar waardegedreven zorg leidt tot organisatorische veranderingen. Daardoor verschuiven taken, rollen en verantwoordelijkheden van bestaande functies. En dat vraagt om een nieuw type medisch, verpleegkundig en bedrijfskundig leiderschap.
Leiderschapsrol
“Als verpleegkundig leider moet je een helikopterview hebben”, zegt Fahrenkrog. “Niet alleen maar zicht hebben op het stukje van jouw eigen afdeling. En je moet geïnteresseerd zijn in innovatie, want de zorg verandert heel rap.”
Verpleegkundigen zouden hun leiderschapsrol veel meer dan nu moeten oppakken, vindt ze. “De zorgketenontwikkeling is al langer gaande. Verpleegkundigen hebben van nature een wat meer ondersteunende, misschien meer reactieve rol. Wij proberen daar wat in te veranderen, omdat de verpleegkundige een heleboel te zeggen heeft over wat goede zorg is voor de patiënt.”
Al bij de bron betrokken
Paulien Keizer, verpleegkundig specialist in het Rijnstate ziekenhuis, beaamt dit. “Eerder werden zorgketens aangestuurd door een leidinggevende en een medisch specialist. In het kader van verpleegkundig leiderschap zie je dat aan dat team een verpleegkundige toegevoegd gaat worden. Daardoor krijg je een tripartite leiderschap van zo’n zorgketen en is de verpleegkundige al bij de bron betrokken bij het maken van het beleid. Een groot deel van de zorg in de keten is verpleegkundige zorg. Het is daarom heel logisch om de verpleegkundige al vanaf het begin naast de specialist en de leidinggevende aan het bestuur van zo’n keten te zetten.”
Gelijkwaardig podium
Dat is nog niet vanzelfsprekend, hoewel de rol van verpleegkundigen steeds groter wordt. De covid-periode is daarbij een aanjager geweest om verpleegkundigen meer zeggenschap te geven. “Aan zo’n bestuurstafel zitten, is een vak apart”, zegt Keizer, zelf lid van het dagelijks bestuur van het Oncologisch Centrum in Rijnstate.
“Mijn eigen ervaring is dat je als verpleegkundige aan zo’n bestuurstafel moet leren wat de taal is en hoe je daar je rol kunt hebben. De verpleegkundige moet leren om die rol te pakken. Maar dat gaat twee kanten op. Ook het management en de medici moeten leren verpleegkundigen een gelijkwaardig podium te geven.”
Alle ogen gericht op de dokter
Dat is nog steeds niet iets dat van nature gebeurt, erkent Fahrenkrog. “Als een dokter in een witte jas de ruimte binnenkomt, zijn alle ogen gericht op wat hij of zij gaat zeggen. Je wil dat het meer gelijkwaardig gaat worden en dat iedereen ook luistert naar wat de verpleegkundige te zeggen heeft.”
Het is nog een beetje pionieren, vult Keizer aan. “Dat moet je leuk vinden. En je moet je mannetje staan in de zin dat je tegenwicht kunt bieden aan de medisch specialist en aan de leidinggevende om een gelijkwaardige relatie aan te gaan in het bestuur.”
Geen kant-en-klaar recept
In het document ‘Wanneer ben ik een ‘goede’ verpleegkundig leider? Een nieuw type leiderschap voor waardegedreven zorg’ staat uitgebreid beschreven aan welk gedragsprofiel de ‘verpleegkundig leider’ zou moeten voldoen. Ook het functieprofiel is gedetailleerd uitgewerkt.
Toch is het geen kant-en-klaar recept voor ‘de’ verpleegkundig leider, denkt Fahrenkrog. “Het document is interessant voor ziekenhuizen die iets met verpleegkundig leiderschap willen en die verpleegkundigen meer verantwoordelijkheid willen geven. We zien binnen Linnean dat meerdere ziekenhuizen met dit onderwerp bezig zijn. Dit stuk kan een inspiratiebron zijn. Het is ook bruikbaar voor trainingsdoeleinden, voor coaching, of op het gebied van opleidingen. Het is een document ter inspiratie en aanmoediging.”
Auteur: Jasper Enklaar - Dutch Healt Hub